Voor Gieke krijg ik een uitnodiging voor een consult op het consultatiebureau. Bijgevoegd een vragenlijst die ik in mag vullen. Eén van de eerste vragen: hoe oud is Gieke op dit moment…. even rekenen….. 18 maanden…. BENG, klap in mijn gezicht… Ineens besef ik me dat Gieke nu dus bijna zo oud is als Sanne toen ze overleed. Sanne is net geen 20 maanden geworden. Ik leg de vragenlijst aan de kant en kijk naar Gieke die door de kamer drentelt. Ze speelt met een pop, legt haar in een poppenbedje en pakt een boekje. Klimt op de bank en bladerd door het boekje, ondertussen (op haar manier) kletsend over alle kleurige plaatjes die ze ziet. Komt weer van de bank af en maakt me duidelijk dat ze wat wil drinken. Loopt daarna naar de kast met sjaals, mutsen en wanten. Komt terug met een petje van Hello Kitty op haar hoofd, sjaal van Pim om haar nek en de schoenen van mama aan….. Jeetje wat kan ze al veel, wat een verschil met Sanne. En wat bijzonder dat ons dat in de tijd dat we voor Sanne zorgden nooit is opgevallen. Er was geen “vergelijkingsmateriaal” of misschien was dat er wel maar sloten we ons daarvan af. Blij met iedere goede minuut die Sanne had, verdrietig om de vele slechte momenten die ze moest doorstaan. Trots, apetrots op onze kanjer, totaal niet bewust van al die dingen die ze NIET deed, maar zo heel erg bewust van ieder moment dat we samen waren.
Ik lees een interview met Connie Palmen. Ze heeft een boek geschreven over het eerste jaar nadat haar man Hans van Mierlo is overleden: “Logboek van een onbarmhartig jaar”. Zo herkenbaar, een klein stukje uit het interview:
Hoe zou het komen, denk je, dat we die ergste rouw vergeten? Je vergeet het zoals je kiespijn of barensweeën vergeet, schrijf je.
Je moet het vergeten. Vergeten is een hulpmiddel voor de ziel. Je zou echt nooit meer van iemand gaan houden als je wist hoeveel pijn het doet om iemand te verliezen. En wie zou er nog een kind krijgen als je dat ook weer kwijt kunt raken? Het is een mechanisme van ons brein, het zorgt ervoor dat we door kunnen gaan. Ik merk nu dat ik van de eerste weken na Hans zijn dood alweer zo veel kwijt bent. Je onthoudt het gewoon niet…….
Pas als het gebeurt, het moment dat iemand overlijdt, pas dan dringt het door. Je kunt je er honderd keer op proberen voor te bereiden en je ziel klaar kneden voor het verlies, maar de dood is te groot, te onvoorstelbaar. De dood verplettert je, trapt je in een hoek. Ik denk niet dat ik ontdekt heb waarom we maar doorgaan, maar het is heel dierlijk. Je gaat door. Een mens heeft de illusie van oneindigheid nodig, anders is het niet te doen, het leven.
Het zal de decembermaand wel weer zijn… maar het houdt me op het moment erg bezig. Het gemis van onze kleine meid…
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.